LEVEN DOOR DE WET DES LEVENS - deel 1
Schriftlezing: Rom. 8:1-2
HET FALEN VAN LEVEN DOOR JE EIGEN WIL
Een belangrijk principe in het christelijke leven is, niet door je eigen wil maar door de wet van de Geest des levens te leven. Vele christenen, vooral de jongeren, zien dit niet in en hebben dit nog steeds niet geleerd. Hun kracht om te leven is volkomen afhankelijk van hun wil. Zij kunnen geen ogenblik buiten hun wil, omdat ze weten, dat ze dan zullen struikelen en dat hun christelijke leven dan tot een eind zal komen. Het leven van vele christenen is dus afhankelijk van hun wil. Zelfs indien je al heel lang een christen bent, moet je niet denken, dat je nu niet meer door je wil leeft. Velen houden hun christelijke leven in stand door middel van hun wil: Misschien weet je nog niet in welke mate je leven beïnvloed wordt door je wil.
De persoon in Romeinen 7 is iemand, die door zijn wil leeft. Het "kwade" heeft betrekking op hetgeen hij doet, terwijl het "goede" met zijn wil te maken heeft. Daarom zegt hij: "Want niet wat ik wens, het goede, doe ik, maar wat ik niet wens, het kwade, dát doe ik" (v. 19). Al het goede heeft met zijn wil te maken. Hij zou zichzelf kunnen troosten door te zeggen: "Ik verlang naar God, ik verlang naar Gods wil; ik verlang ernaar Gods wil te gehoorzamen." Hij zou zichzelf ook kunnen troosten door te zeggen: "Ik wil niet zondigen; ik haat de zonde. Ik wil God dienen. Ik heb geen ander doel dan Hem te behagen". Hij kan ook zeggen: "Ik verlang ernaar Gods wil te doen en Hem te behagen. Ik wil alleen die dingen doen, die goed zijn. Ik wil Gods naam verheerlijken." Hij kan zich – aan de hand van zijn wil – van alles voornemen, maar daar blijft het dan ook bij. Hij is overtuigt van de grove misvatting, dat iemand – met inzet van zijn wil – zowel het goede als het kwade kan doen. Hij ziet dus niet in dat zowel het goede als het kwade geen kwestie is van de wil, maar een kwestie van de wet. Hij ziet tenslotte ook niet in, dat, zodra hij zich voorneemt het goede te doen, hij gedoemd is tot mislukking en teleurstelling.
Vele broeders en zusters zeggen: "Ik wil echt Gods wil doen, ik wil Hem behagen en naar Zijn wet handelen en wandelen." Een broeder zou dergelijke dingen kunnen zeggen en zich tegelijkertijd af kunnen vragen: "Waarom ontvang ik dan niet wat ik voor Gods aangezicht zoek en waarom doe ik dan zoveel dingen die tegen mijn wil indruisen?" Vele broeders en zusters verbazen zich hierover en zeggen: "Waarom ben ik niet bij machte om te doen wat ik wil en waarom doe ik, in plaats daarvan, wat ik niet wil?" Broeders en zusters, God wil je in deze situatie laten zien, dat je wilskracht niet de kracht van je leven mag zijn. Misschien besef je nog niet, hoezeer je eigenlijk door je wil leeft. Nu zullen we eerst een voorbeeld nemen van iemand die door zijn wil leeft.
Iemand die door de wil leeft is iemand die weigert zichzelf aan de kant te zetten. Veel mensen weigeren eenvoudig zichzelf op te geven. Dit betekent uiteraard niet, dat christenen geen beperkingen of grenzen nodig hebben. Maar vele christenen houden zichzelf krampachtig vast. Ze willen zichzelf niet opgeven. Het is een zware taak om een christen te zijn, die zichzelf krampachtig vasthoudt en die meent, dat hij met alles – met de manier waarop hij eet, de manier waarop hij loopt, de manier waarop hij auto rijdt en de manier waarop hij met zijn familie praat – zo voorzichtig om moet gaan. Van 's ochtends vroeg tot 's avonds laat houdt hij zichzelf krampachtig vast en zet hij alles op alles om zich als christen te gedragen – om te wandelen, te eten en te reizen zoals het behoort. Het lijkt wel alsof iemand alleen een christen kan zijn indien hij zichzelf krampachtig vasthoudt en bedwingt! Hij is namelijk van mening, dat, zodra hij los laat, hij onmiddellijk zal falen. Dit is de situatie van vele christenen, die door hun wil leven. Zij doen krampachtige pogingen om als een christen te leven en te handelen. Het is net alsof zij een beekje omhoog willen laten stromen. Vele christenen proberen het water omhoog te laten stromen – zij proberen zichzelf te gedragen als iemand, die ze in werkelijkheid niet zijn. Vele mensen dwingen zichzelf om anderen te imiteren. Ofschoon zij in werkelijkheid die persoon niet zijn, proberen zij hem toch hardnekkig na te bootsen. Wat doen zij nu eigenlijk? Zij beoefenen hun wil om zichzelf in toom te houden. Zo proberen vele mensen, met inspanning van alle krachten, een christen te zijn. Zij maken hun wilskracht tot hun levenskracht.
We moeten goed bedenken, dat, indien we zoveel moeite moeten doen om een christen te zijn, we uiteraard niet de persoon zijn die we voorgeven te zijn. Als dat wel zo was, dan zouden we er nooit zoveel moeite voor hoeven doen. O, er zijn zoveel dingen waar we onze ogen moeilijk vanaf kunnen houden. En er zijn heel veel dingen die we moeilijk kunnen weerstaan. Bovendien zijn er vele soorten gerechten, die we moeilijk af kunnen slaan. Hoeveel moeite moeten we doen om onszelf te beheersen? Hoeveel moeite moeten we doen om geen ongepaste taal te bezigen? Hoeveel moeite kost het ons, om niet meer naar plaatsen te gaan waar we niet thuishoren? Er zijn dingen, die we van nature graag doen en die we dan ook spontaan ten uitvoer brengen. Maar als we ermee willen stoppen, moeten we onszelf ertoe dwingen.
Leven door de wil is proberen iemand te zijn die je in werkelijkheid niet bent. Jezelf dwingen iemand te zijn die je in wezen niet bent, kan alleen door de oefening van de wil. Voor schepselen zoals wij is het heel natuurlijk om op het land te leven. Indien we echter in het water wensen te leven, kan dit uitsluitend door de oefening van onze wil.
Er zijn twee soorten mensen die proberen als christenen te leven door middel van hun wilskracht. Ten eerste zijn dit mensen, die niet wedergeboren zijn. Zij zijn niet uit God geboren, omdat zij het leven van God nog nooit ontvangen hebben. Om deze reden moeten zij zich tot het uiterste inspannen om als christen te leven. Velen, die zich christen noemen, zijn dit in wezen helemaal niet – zij proberen slechts als christen te leven. Zij zingen christelijke liederen en zeggen "halleluja", omdat andere christenen dit ook doen – maar het kost hen wel erg veel moeite. Wanneer andere christenen iets zeggen, dan is het gemeend, maar wanneer zij iets zeggen, huichelen ze. Voor mensen die zich als christen voordoen, is dit bovendien iets heel onnatuurlijks. Ten tweede zijn er mensen, die weliswaar kinderen van God zijn, maar die niet geloven in het leven dat God hun gegeven heeft. Zij hebben inderdaad het leven wel ontvangen, maar zij leven er niet door. Hun behoudenis is nietszeggend en hun ervaring van de wedergeboorte is uitgesproken vaag. Ze hebben nog nooit het volle evangelie gehoord of het Woord van God ten volle geloofd. Zij falen voortdurend en zijn uitermate zwak. Zij kunnen eenvoudig niet geloven, dat het leven in hen, de dood kan verzwelgen. Zij vinden het heel gewoon om te zondigen en voortdurend te falen. Daarom zijn ze van mening, dat het nu eenmaal niet anders is. Zij beschouwen zichzelf als normale christenen, maar God zij dank, hebben zij het volkomen bij het verkeerde eind. Broeders en zusters, indien je de kracht van Gods leven nog nooit hebt ervaren, heb je ook het recht niet om te zeggen, dat het leven wat God je gegeven heeft, net zo zwak en hulpeloos is als jij. God zij dank, dat Zijn leven uitermate krachtig is! Zolang iemand in het Woord van God durft te geloven, zal de grote kracht van Gods leven in hem geopenbaard worden. De grote kracht van Gods leven, kan echter niet in vele mensen geopenbaard worden, omdat de meeste van hen óf Zijn leven niet bezitten, óf niet ten volle geloven. Maar wanneer iemand echt gelooft, zal hij ervan getuigen, dat het Woord van God volkomen betrouwbaar is.
DE BEVRIJDING VAN DE WET DES LEVENS
Paulus riep uit: "Ik, ellendig mens! Wie zal mij verlossen uit het lichaam dezes doods?" en op een dag mocht hij die verlossing ervaren. Daarna zei hij: "Want de wet van de Geest des levens heeft mij in Christus Jezus vrijgemaakt, van de wet der zonde en des doods" (Rom. 8:2). Dit is niet een nieuwe genade, maar een nieuwe openbaring; het is niet een nieuw geschenk, maar een nieuwe visie; we ontvangen niet iets nieuws uit de hand van God, maar we ontdekken iets van hetgeen we reeds ontvangen hebben. De wet van de Geest des levens in Christus Jezus heeft ons vrijgemaakt! "Vrijgemaakt" staat in de voltooid verleden tijd. Dit betekent dat het reeds volbracht is. De wet van de Geest des levens heeft ons al vrijgemaakt! Dit vers zegt dus niet: "zal vrijgemaakt worden", "zal spoedig vrijmaken", "kan vrijmaken" of "is van plan vrij te maken", maar het zegt duidelijk "heeft vrijgemaakt". Omdat de wet van de Geest des levens ons reeds vrijgemaakt heeft, zijn we dus ook verlost van de wet der zonde en des doods.
We moeten goed beseffen dat de ervaringen van Romeinen 7 in feite overbodig zijn. Halleluja! De ervaringen van Romeinen 7 zijn volkomen overbodig. Het is verder ook niet nodig om te handelen of de wil te beoefenen, zoals daar beschreven wordt. Veronderstel nu eens dat je achternaam Wang is. Je hebt die achternaam altijd al gehad en dat zal ook altijd zo blijven. Daarbij heb je je wil dus helemaal niet nodig. Een besluit, dat je achternaam voortaan Wang zal zijn, is dus volkomen overbodig. Als je naam Wang is, hoef je er ook niet naar te verlangen dat je Wang genoemd zal worden. Als je dit wel doet, betekent dat, dat je naam niet Wang is. Nu is het belangrijk dat we iets inzien: als je je in de Heer bevindt, zal de Heer een wet gebruiken – namelijk de wet des levens – om je van een andere wet te bevrijden. Zodra je dit inziet, zul je onmiddellijk zeggen: "God zij dank! Prijs de Heer! Ik hoef mijn wil niet langer te gebruiken. Indien ik nu loslaat, zal ik niet op de grond vallen, maar val ik automatisch onder een andere wet." We moeten de Heer danken dat dit een feit is. Alle ervaren christenen begrijpen de betekenis van deze woorden.
Vele christenen vrezen, dat, indien ze loslaten of hun wil niet langer gebruiken om als christenen te leven, er vervelende dingen zullen gebeuren. Zo zeggen ze bijvoorbeeld: "Ik kan mezelf niet laten gaan, want als ik dat doe, zullen er zeker nare dingen gebeuren. Indien ik nu al – terwijl ik mezelf krampachtig vasthoud – moeite heb om te spreken en te wandelen zoals het behoort, wat zal er dan gebeuren als ik loslaat?" Vele christenen zijn hier bang voor en durven daarom niet los te laten. Het Woord van God is echter heel duidelijk! Indien we geloven in hetgeen we reeds van God ontvangen hebben en dientengevolge ons zelf loslaten, zullen we niet op de grond vallen, maar vallen we automatisch onder een nieuwe wet.
Dat God ons de ogen mag openen om te zien, dat niemand zich tegen de wet van de zonde kan verzetten – noch door de oefening van zijn wil, noch door het verlangen om het goede te doen. Niemand kan de wil van God doen en niemand kan zich verzetten tegen de wet der zonde en des doods door de oefening van zijn wil. De wil kan de wet der zonde en des doods onmogelijk weerstaan! Dank en prijs God! Er is namelijk een andere, nieuwe wet, die de wet der zonde en des doods wel kan verslaan. Dit is niet alleen een nieuw leven, maar dit is tevens een nieuwe wet.
O, het is zo heerlijk, dat dit leven een wet is! God heeft ons niet alleen de Heilige Geest gegeven, maar Hij gaf ons bovendien de wet van de Heilige Geest. God heeft ons niet alleen het leven gegeven, maar Hij gaf ons bovendien de wet des levens. In het verleden waren we dood door onze overtredingen en zonden. Er was niet alleen sprake van de zonde en de dood, maar er was zelfs sprake van de wet der zonde en des doods. We hoefden ons namelijk niet voor te nemen om te zondigen. Er was immers een wet, die ons tot zondigen dwong. Indien God ons uitsluitend het leven gegeven had en verder niets, dan zou je je mogelijkerwijs de ene keer goed kunnen gedragen en een volgende keer niet. God heeft ons echter een levenswet gegeven, die altijd dezelfde blijft en dus nooit verandert. Het is net als bij de zonde en de dood, die beiden een onveranderlijke wet zijn, die geen uitzonderingen kent. Zo is ook het leven, dat God ons gegeven heeft een onveranderlijke wet, die geen uitzonderingen kent. Er is dus niet alleen sprake van het leven, maar ook van een levenswet. Juist omdat we dit ingezien hebben, kunnen we onze greep wat verslappen. Omdat we hebben ingezien dat er een schat in ons werd gelegd, komt niet ons de eer toe, maar Hem die de doden opwekt. Als we dit werkelijk inzien, zullen we God prijzen. Als we door een andere, nieuwe wet leven, zullen we iets wonderbaarlijks ervaren. Dan zullen we het bestaan van de oude wet niet eens meer merken. Vergeet dus niet wat de Schrift hierover zegt: "Want de wet van de Geest des levens heeft mij in Christus Jezus vrijgemaakt, van de wet der zonde en des doods." Dat wil niet zeggen dat de wet der zonde en des doods vernietigd of afgeschaft werd, maar het betekent wel dat we van deze wet bevrijd zijn. Ofschoon de wet der zonde en des doods nog wel bestaat, heeft zij echter geen macht meer over ons. Wij zijn nu in de macht van een andere wet.
Als je de betekenis van de wet des levens wilt kennen, hoef je alleen maar naar de vogels in de lucht te kijken. Zij kunnen vliegen, omdat hun leven een "vliegwet" heeft. Deze wet stelt hen in staat om de zwaartekracht te overwinnen en in de lucht te vliegen. Als er tijdens een hevige sneeuwstorm een kraai of spreeuw dood van het dak zou vallen, zou dat aantonen hoe sterk de zwaartekracht eigenlijk is. De zwaartekracht trekt de vogel eenvoudig naar beneden. Hoewel de zwaartekracht altijd aanwezig is, heeft de vogel echter een leven met een wet, die hem in staat stelt om de zwaartekracht te overwinnen en in de lucht te vliegen. Maar wanneer het leven er niet meer is, is ook de levenswet verdwenen en zal de wet van de zwaartekracht zegevieren. God heeft ons niet alleen genade geschonken, maar heeft ons bovendien een nieuw leven met een nieuwe wet gegeven. Om deze reden is de wet der zonde en des doods nu machteloos. Zij is weliswaar niet vernietigd, maar zij heeft toch ook geen enkele macht meer over ons. Zo heeft God ook de wet van de zwaartekracht niet uitgeschakeld, maar heeft Hij de vogels een andere levenswet gegeven, die de zwaartekracht kan overwinnen. We weten verder ook, dat, wanneer we lichamelijk sterk zijn, de wet van de zwaartekracht geen macht heeft over ons. We zijn alleen in haar macht als we zwak zijn. Als we zwak zijn, dan kan zelfs het lopen, staan of zitten ons al vermoeien. Dan ervaren we alleen verlichting als we gaan liggen. De zwaksten hebben over het algemeen het meest van de zwaartekracht te lijden. Zolang we nog leven, heeft de wet van de zwaartekracht vrijwel geen macht over ons. Op een dag, wanneer ons leven ten einde loopt, zullen we veel meer onder de zwaartekracht lijden.
Sommige mensen, die al twintig of dertig jaar christen zijn, weten nog steeds niet dat niet alleen de zonde en de dood een wet zijn, maar dat ook het leven een wet is. Je moet goed begrijpen dat Gods behoudenis niets te maken heeft met je voornemen iemand te zijn, die je in werkelijkheid niet bent. Er bevindt zich een leven in jou, dat je verlost van de wet der zonde en des doods. Het ligt niet in Gods bedoeling dat jij wilt, hoopt, verlangt en besluit een bepaald soort christen te zijn. Als je dat zelf probeert – door de oefening van je wil – zal het zijn alsof je ergens tussen de hemel en de aarde zweeft. Die inspanning zal je teveel moeite kosten. Als je ooit een christen hebt ontmoet die praatziek is, dan weet je wel hoe moeilijk het voor hem is om wat minder te praten. Hij weet wel dat hij wat minder moet praten, maar hij kan het eenvoudig niet laten. Voor zo iemand is dit heel moeilijk. Heb je ooit weleens een christen ontmoet die opvliegend is? Het is heel moeilijk voor hem om geduldig te zijn. Als hij probeert geduldig te zijn, zal hij vroeg of laat manisch-depressief worden. Maar, God zij dank! Volgens Zijn behoudenis hoef je niemand te zijn, die je in werkelijkheid niet bent. We moeten leren leven door een nieuwe wet des levens, die zich in ons binnenste bevindt. Wanneer we volgens deze wet leven, zal het zijn alsof de zonde niet meer bestaat en zelfs vernietigd is. Bovendien zal het zijn alsof de macht van de dood verdwenen is. Zolang je gezond bent, zul je de zwaartekracht nauwelijks gewaarworden. Je kunt je voeten – bij het lopen – gemakkelijk optillen, omdat je sterker bent dan de zwaartekracht. Dit is de betekenis van de wet des levens.
Watchman Nee
The Collected Works of Watchman Nee, Set 2, Vol. 38: General Messages (2), ch. 57
Wilt u meer van deze bediening lezen, ga dan naar de boeken van: Watchman Nee of Witness Lee.
Bent u op zoek naar contact of heeft u vragen, ga dan naar onze Contact pagina.